Abraham Littel (1862-1928)

Generatie X

Abraham Littel; geboren Schoonhoven 11-07-1862, overleden Apeldoorn 26-08-1928, zoon van Jacob Hendrik Littel en Grietje Krijger.

Abraham is getrouwd (1) Den Haag 21-05-1890 met Geesje Veenstra; geboren Wolvega 19-01-1863, overleden Den Haag 20-09-1909, dochter van Halbe Lefferts Veenstra (1834-1908) en Antje van Heijnsbergen (1835-1868). Geesje was voor het huwelijk dienstbode in Den Haag. Zie voor haar familie het overzicht van het nageslacht van Halbe Fokkes.

Abraham is getrouwd (2) Bloemendaal 06-10-1910 met Maria Cornelia Hessels; geboren Bloemendaal 22-10-1868, overleden Apeldoorn 23-12-1952, dochter van Hermannus Hessels (1838-1922) en Wilhelmina Bruinier (1843-1911).

Abraham was tabakskerver in Schoonhoven. Hij hoefde niet in dienst omdat hij enig (nog levende) zoon was. Toen zijn vader en stiefmoeder via Wolvega (april 1881) verhuisden naar Den Haag (mei 1882) werd Abraham daar gruttersknecht. Via zijn stiefmoeder zal hij Geesje hebben leren kennen, die een tantezegger van haar was. Bij hun huwelijk in 1890 was Abraham koetsier, maar het jaar daarop werd hij koopman in aardappelen, brandstoffen, enz. aan de Ternootstraat 10. Later werd hij wisselloper of incasseerder, in 1912 wordt hij vermeld als kassier.

Abraham handelde in woningen en grond en had diverse bezittingen in Den Haag en Wolvega. Samen met zijn zoon Willem nam hij in juni 1912 een hypotheek op “zes benedenhuizen met afzonderlijke bovenwoningen, benevens eene werkplaats en erf” aan de Ternootstraat in Den Haag. Abraham liet rond 1916 aan het oosteinde van Wolvega, aan de straatweg naar Oldeholtpade, een blok met drie dubbele woningen bouwen (Hoofdweg 19-29). In juli 1920 werden drie ervan, dan in het bezit van de firma Van Crefeld & Fabre, verkocht. Toch stonden de huizen in elk geval tot de jaren 50 nog bekend als Littelstichting.1

Abraham hertrouwde met Maria Hessels. Na de geboorte van dochter Mien verhuisde het gezin naar Amsterdam (juli 1914), waar Abraham conciërge werd. In januari 1915 verhuisde het gezin naar de Korteweg 44 in Apeldoorn. Ze werden pensionhouders. In 1924 maakte Abraham zijn testament op bij notaris Krook te Apeldoorn. Hij is met zijn vrouw begraven op de Algemene Begraafplaats aan de Soerenseweg. Beide graven (resp. graf 864 in de IIIe klas en graf 750 in de II klas) zijn eigendom van achter-achterkleinzoon Ronn Boef.

Uit het eerste huwelijk:

  1. Willem Jacob Hendrik Littel; geboren Den Haag 26-03-1891, overleden Haren 26-09-1967. Willem is getrouwd Den Haag 02-08-1912 met Gerharda Antonia Johanna (Gerda) Jonker; geboren Amsterdam 09-06-1890, overleden Groningen 11-06-1967, dochter van Jacob Jonker en Antonia Johanna van ’t Sant.

Uit het tweede huwelijk:

  1. Wilhelmina Gezina Maria (Mien) Littel; geboren Den Haag 20-10-1913, overleden Apeldoorn 09-04-1987, begr. Apeldoorn [Heidehof]. Mien was verloofd Apeldoorn 27-07-1934 met Jan Veeneman. Mien is getrouwd (1) Apeldoorn 25-06-1940 met Popke Albrecht (Koos) Duursma; geboren Oosterwolde 19-03-1911, overleden Apeldoorn 11-07-1961, begr. Apeldoorn [Heidehof], zoon van Luite Duursma en Hendriktje Alkema. Mien is getrouwd (2) Apeldoorn 22-10-1968 met Gerrit van der Meijden; geboren Ammerzoden 24-02-1904, overleden Apeldoorn 19-06-1985, zoon van Eikbert Linus van der Meijden en Aletta Bouman.

 


Bronnen
  1. Zie onder andere Nieuwsblad van Friesland, 24-12-1943 en Friese Koerier, 19-01-1956 en 13-02-1958.